De opvallende groei van de provincie Ontario;
Trekt nog altijd mensen aan uit alle uithoeken van de wereld.

De groei van de provincie Ontario blijft opmerkelijk. Meer mensen, meer economische activiteit en vooral: telkens meer aantrekkingskracht op immigranten uit veel verschillende landen.
Wat een eer toch voor deze provincie om door zoveel immigranten verkozen te worden tot de meest begeerlijke plek in Canada. Velen komen rechtstreeks naar Ontario; anderen komen via een andere provincie omdat de immigratie-eisen daar misschien wat milder zijn. Slim natuurlijk, maar de toestroom in Ontario is niet-aflatend.
De échte Canadezen (wie dat ook mogen zijn) kijken er echter naar met gemengde gevoelens. Want al die nieuwkomers moeten ooit naar de dokter of naar het ziekenhuis – en daar is het allemaal al erg krap. De kids moeten naar school – ook een probleem. En al die immigranten willen ook een baan, waardoor ze de gevestigde Canadezen een beetje wegdrukken. Die immigranten werken vaak graag hard, nemen met minder inkomen genoegen en zijn wel wat onplezierige werkomstandigheden gewend. Wie kan daar tegenop?
Maar het echte, grootste probleem vind je op ander vlak. Namelijk bij de huisvesting. Al die mensen moeten ook ergens wonen. Hier en daar kruipt men met velen bijmekaar in een woning, maar uiteindelijk zijn er echt meer woningen nodig voor meer mensen. Daar kan gewoon niemand meer onderuit.
De knappe koppen in het bestuur van de provincie hebben vastgesteld dat er tot 2031 liefst 1,5 miljoen nieuwe woningen bij moeten, alleen al om de bevolkingsgroei op te vangen.
Maar andere knappe koppen bij de ministeries van huisvesting zijn het daar helemaal niet mee eens. Die menen dat er wel 2,1 miljoen nieuwe woningen moeten bijkomen in dat tijdvak.
De ene, noch de andere doelstelling zal gehaald worden. Tenzij er radicaal iets gaat veranderen, worden er in de provincie Ontario aanzienlijk minder dan een miljoen huizen bijgebouwd tussen nu en 2031. Hoe men het ook keert of wendt, er zal een gigantisch tekort aan woonruimte zijn – en dan vooral aan woningen van het eenvoudigere en voordeligere type.
Niemand weet wat te doen. Er zijn onvoldoende bouwvakkers om sneller te kunnen bouwen en bovendien is het geld krap om de woningbouw te subsidiëren. Men zegt al dat dit niet alleen tot beschikbaarheidsproblemen zal leiden maar dat ook de prijzen nog verder omhoog zullen schieten.
Nu al is het voor een jong Canadees stel zo goed als onmogelijk om een koophuis te bemachtigen in of nabij de grote steden. Een appartement huren kan soms wel, maar ook die prijzen zijn dusdanig dat er gewoon niets overblijft om zelfs maar een aanbetaling voor een koophuis bij elkaar te sparen.
Momenteel is er echter iets raars aan de gang op de woningmarkten. De prijzen lopen al een tijdje niet meer op en zijn zelfs hier en daar wat omlaaggegaan. Ook appartementen zijn plotseling weer beschikbaar en ook hier staan de prijzen onder neerwaartse druk.
De logica van dit marktspel ontgaat velen, sommigen doen het enkel af als een simpele marktfluctuatie. Men blijft zeggen dat de grote klappen nog moeten komen – waarop we ons nauwelijks kunnen voorbereiden.